Minister van Plaatselijke Besturen

De 19 Brusselse gemeenten zijn de plaatselijke besturen die het bekendst zijn en het dichtst bij de burgers staan. Het betreft echter meer dan 200 Brusselse instellingen en organen die als plaatselijke besturen betrokken zijn door het beleid gevoerd door de minister van Plaatselijke Besturen, Bernard Clerfayt.

De bekendste plaatselijke besturen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn de 19 gemeenten.

Waarom een beleid voor de plaatselijke besturen?

Ongeacht hun gemeente moeten alle Brusselaars dezelfde rechten hebben en dezelfde diensten genieten. Om die reden organiseert, controleert, financiert en adviseert het Brussels Hoofdstedelijk Gewest de plaatselijke besturen op zijn grondgebied. De Brusselse Hoofdstedelijke Regering oefent deze bevoegdheid uit via haar bestuur Brussel Plaatselijke Besturen (BPB), een van de zes besturen van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel (GOB).

Hoe wordt het toezicht op de plaatselijke besturen uitgeoefend?

  • Door juridische normen – de ordonnanties – uit te vaardigen, die de plaatselijke besturen en hun eigen binnenlandse zaken organiseren;
  • Door de wettelijkheid en de overeenstemming met het algemeen belang van de beslissingen van de plaatselijke besturen te controleren;
  • Door financiële steun te verlenen: de Algemene Dotatie aan de Gemeenten (ADG), de subsidies en de mogelijkheden om te lenen;
  • Door de plaatselijke besturen, de Regering of andere gesprekspartners te adviseren door de verwerking en de verspreiding van kennis;
  • Door de uitvoering van bepaalde gewestelijke beleidslijnen in de gemeenten te stimuleren en
  • Door regels voor de gemeenteraadverkiezingen af te kondigen (Kieswetboek).

Sportinfrastructuur dichter bij huis

De minister van Plaatselijke Besturen heeft gezorgd voor meer buurtsportinfrastructuren die beter verdeeld zijn over het grondgebied van het Gewest om te voldoen aan de toenemende vraag. Concreet werd bijna 111 miljoen euro vrijgemaakt en ter beschikking gesteld van de gemeenten op initiatief van de minister tijdens de eerste vier jaar van deze legislatuur. De in de projectoproepen geformuleerde criteria geven voorrang aan de kleine buurtvoorzieningen en aan de infrastructuren in de wijken met de minste accommodatie.

Het einde van de cumul van mandaten

Na de volgende verkiezingen van oktober 2024 zal het verboden zijn om de mandaten van burgemeester of schepen te cumuleren met het mandaat van gewestelijk, federaal of Europees afgevaardigde. De uitvoerende mandaten in de gemeenten worden steeds veeleisender, zowel wat beschikbaarheid als kennis van zaken betreft. Dat is ook een reden waarvoor de minister van Plaatselijke Besturen de volledige decumul, die voortaan opgenomen is in de ordonnantie van 6 juli 2022, van deze functies wilde. Het aantal leden van het gemeentecollege zal eveneens met één lid verminderd worden, en zelfs met twee schepenen. Tegelijk zal de opwaardering van de bezoldigingen zonder bijkomende kosten voor de gemeentelijke financiën kunnen worden toegepast.

Ongeziene opwaardering voor de gemeenteambtenaren

De salarissen van de gemeenteambtenaren waren de laagste van de drie gewesten; er is dan ook jarenlang op een opwaardering gewacht. De minister van Plaatselijke Besturen heeft een sectoraal akkoord afgesloten voor een totaalbedrag van 75 miljoen euro, met de steun van het Gewest voor twee derde van het bedrag. Om meer billijkheid en de aantrekkelijkheid van deze posten met verantwoordelijkheid te waarborgen, stijgen de lonen van de wettelijke graden – namelijk de hooggeplaatste ambtenaren (gemeentesecretaris, gemeenteontvanger) – eveneens, wat de eerste aanzienlijke stijging sinds 1991 is!

Billijke behandeling en deontologie

Er zijn duidelijke regels uitgevaardigd met betrekking tot de afwezigheid of de verhindering van de lokale uitvoerende mandatarissen. Na drie maanden van afwezigheid wegens ziekte gestaafd met een medisch attest zal de burgemeester of de schepen die arbeidsongeschikt is, betaald worden via zijn eigen ziekteverzekering.
De minister van Plaatselijke Besturen, Bernard Clerfayt, bereidt wetgevende teksten voor die regels in verband met deontologie en ethiek voor de gemeenteraadsleden zullen vaststellen, alsook voor de personeelsleden van de kabinetten van de burgemeesters en de schepenen. Dit ontwerp moet zijn wetgevende traject nog voortzetten.

Meer info over Brussel Plaatselijke Besturen vindt u op website van het bestuur Brussel Plaatselijke Besturen.

Duidelijkere regels voor de controle van de gemeentelijke vzw’s

Om hun sociale, culturele, sportieve, … opdrachten te vervullen, in alle domeinen waarvoor ze bevoegd zijn, ontwikkelen de gemeenten specifieke diensten in de vorm van gemeentelijke vzw’s. Op initiatief van de minister van Plaatselijke Besturen wordt door de ordonnantie van 9 februari 2023 de controle van deze vzw’s door de gemeenten zelf en door de toezichthoudende overheid – het Gewest – via zijn bestuur – BPB – versterkt, verduidelijkt en verbeterd.
De gemeente oefent een eerstelijnscontrole uit. Voor de controle door het gewestelijke toezicht wordt de controle meer of minder uitgebreid uitgevoerd in functie van de omvang van de vzw, bepaald door criteria volgens het aantal werknemers, de jaaromzet en het balanstotaal van de vzw. De verplichtingen van de vzw’s op het vlak van de verzending van documenten worden ook vastgesteld in deze ordonnantie. Aldus zal jaarlijks een lijst met alle gemeentelijke vzw’s worden opgesteld.

Gemeenteraadsverkiezingen: eenvoudigere procedures

Dankzij de gecentraliseerde elektronische aanstiplijst komt er een einde aan het gebruik van de papieren lijsten in de stembureaus, en vooral: de kiezers met een volmacht van een naaste die in de gemeente woont, kunnen vragen om in eenzelfde bureau te stemmen. De digitalisering van de volledige stemprocedure vereenvoudigt de werkzaamheden in de stembureaus, zorgt voor bijkomende faciliteiten en leidt tot een daling van de kosten. De elektronische stemming is voortaan eveneens standaard.

Nieuws in verband met de plaatselijke besturen: